Winter in Stolwijk
(Gepubliceerd in Haak 1 2025) Stolwijk. Bij het horen van deze naam maakt ons roofvishart een sprongetje. En terecht. Wanneer je als poldervisser een eigen snoekparadijs mocht ontwerpen, zou het op de tekentafel precies zo worden als het er nu in werkelijkheid uitziet. Een groots labyrinth van sloten, weteringen, bruggetjes, boerderijen temidden van een uitgestrekte groene oase. Geen wonder dat Stolwijk bijna ten onder ging aan zijn populariteit. Nico en Berend reden er begin januari nog eens naartoe.
(Door Berend Masselink)
Dat waren nog eens tijden, zeggen we tegen elkaar. Met de visclub tegen Oudjaar richting Stolwijk. Een uurtje rijden naar ons vaste verzamelpunt in het gezellige en warme dorpscafé Het Wapen van Stolwijk voor koffie in de ochtend, snert en broodjes tussen de middag en na afloop voor de borrel en sterke verhalen. Maar zoals het kan vriezen en dooien qua vangsten, had het succes van dit viswater eveneens zijn keerzijde. De aantrekkingskracht op snoekvissers uit Nederland, België, Duitsland en Frankrijk werd te groot, met bijgevolg grote drukte langs de boerderijen, de dijkjes en poldersloten. Kort gezegd: het roofvissen vanaf de openbare wegen werd verboden en ook werden er geen dagvergunningen voor deze visserij meer uitgegeven. Ook vanaf 1 januari 2025 bleef dit zo.
Is daarmee de glans van Stolwijk verdwenen? Zeker niet, want wie de Visplanner raadpleegt, en met name de gedetailleerde informatie die achter de ‘i’ (info) schuilgaat wanneer je een donkerblauw water aanklikt, vindt heus nog wel een stek. En er is toekomstmuziek. Er komt namelijk een nieuwe regeling. Deze gaat in op de laatste zaterdag van mei 2025. Vanaf die datum kan een maximum aantal vissers online een dagvergunning reserveren.
Ondertussen gloeit bij ons de stoelverwarming onder de bilnaad terwijl de airco voortraast op de stand ‘ontdooien’. Het is koud, maar ook zonnig. Eerst maar eens kijken welke wateren nog legaal bevisbaar zijn. Sommige wateren hebben een ijslaag, daar valt weinig te halen. Op andere wateren ligt het dunne laagje ijs slechts in de oeverzone, dat is te doen. Het zwakke zuidwestenwindje blaast hier en daar wat golfslag en kabbelt het ijs langzaam weg. Een verkennend halfuurtje werpen levert het eerste snoekje op. Nico manoeuvreert de goudgevlekte rover over drie meter ijs in de oeverzone. Zijn Busterjerk heeft hij de avond ervoor voorzien van een witte laklaag op de rug, zodat deze perfect te volgen is in het donkere veenweidewater. Het snoekje mag terug en wij vervolgen onze weg.
En dat is geen straf. Het eeuwenoude landschap met boerderijen en poldersloten krijgt een rembrandteske gloed wanneer de zon het decor verlicht tegen de donkere lucht boven Gouda. We rijden een verkenningsrondje Kadijk, Koolwijkseweg, Benedenkerkseweg, Benedenheulseweg, Beijerscheweg en Goudscheweg en checken ondertussen de Visplanner. Het is nu meer dan ooit zaak om je aan de regels te houden, want de goodwill die aan de ene kant wordt gekweekt door de hsv’s en het merendeel van de sportvissers, kan zomaar door wat onwetende olifanten in de porseleinkast de prullenbak in geholpen worden. Dus gebruik je verstand, wees solidair en raadpleeg je Visplanner om het niet te verpesten voor anderen.
Natuurlijk mag je in zulk polderlandschap de dorpen en steden niet overslaan in de winter. Waar de snoeken in de zomertijd uitzwermen over de hele polder, daar schuilen ze in wintertijd vaak tussen de huizen in de luwte van de koude wind. Vandaag ligt hier veel ijs, maar waar de wind wat golfslag veroorzaakt kunnen we een poging wagen. We hebben al vissers zien lopen aan de rand van de woonwijk. En gelijk hebben ze. Daar wil de snoek nog wel eens bijten. De keerzijde is dat de mooiste stekken de nodige dressuur kennen. De kunst is om de vissen te triggeren met uiteenlopende aasjes. Wanneer de reguliere plug of shad niet wordt gegrepen, wissel dan af met jerkbait, spinnerbait, een mooie streamer of een felgekleurde shad. Hoe verder je van de dressuurstekken af komt, hoe meer aanbeten je weer krijgt op je ‘doorsnee’ shads. Maar zoals de meeste roofvissers ook weten is de ene dag niet vergelijkbaar met de andere. Ze liggen voor ons niet opgestapeld op de stekken waar bevriende snoekvissers twee weken daarvoor nog wél goed aan hun trekken kwamen. We houden ons dus aan voorgaande tips wat betreft kunstaaskeuze. Wat ook helpt is dat we hier in het verleden vaker gevist hebben. Er ligt nog steeds snoek op de winterstekken van tien jaar geleden. We weten zelfs nog het kunstaasje te noemen waar we de vis toen aan vingen. Bij de volgende halte loop ik 100 meter naar zo’n oude winterstek en krijg bij de eerste inworp al meteen een knal, ditmaal op een felgele SG Original Perch.
De hoeveelheid aan viswater is bijna niet te overzien. We zijn beland op een secundair weggetje langs de provinciale N207. Aan weerszijden van dit weggetje ligt viswater, afgewisseld door wat bebouwing van een vrijstaande boerderij of een rijtje vrijstaande huizen met bruggetjes. Tegen die bruggetjes is het vaak raak, maar ook op plaatsen waar planten hebben gestaan of stronken en blaren van de gele plomp drijven. Let bij de bruggetjes in wintertijd op de windrichting. De snoek zoekt bij kou meestal de luwe zijde van die brug en niet de zijde waar de wind op staat. Langs dit weggetje met bebouwing krijgen we de meeste aanbeten. Eén agressieve snoek springt wel vier keer boven het water uit. Als ik hem tegen de kant trek, spuwt hij een verse ongeschonden blankvoorn uit. Gratis dood aas! Maar niet alle aanbeten worden verzilverd. Er zijn ook vissen die miskleunen of zich van de haak weten te ontdoen. Fair play brothers!
Vergeet niet om de smalle slootjes te bevissen, ook al ligt het mooiste water aan de andere zijde van de weg. In zo’n slootje met 40 cm water verspeelt Nico een dikke snoek en landt even later een fraaie 40+ baars aan zijn Cannibal shad. Zulke baarzen komen we hier niet vaak tegen. Ik wijs op het handvat van zijn fraai blauwe W6 hengel. Aan de bovenzijde van de greep heeft hij duidelijk zichtbaar de kurk van een champagnefles rond de blank bevestigd. “Ik zat met mijn vinger steeds tegen het verkasoogje aan, dus die heb ik verwijderd en er een Prosecco kurk omheen gelijmd.” Je moet er maar opkomen.
De thermosflessen koffie en de boterhammen raken op. De zon volgt haar weg naar de horizon. Wat doen we met het laatste halfuurtje daglicht? Nico weet nog een wetering waar twee weken terug nog een aantal snoeken bovenkwamen. Vissen die zelfs hartje winter de weilanden verkozen boven de luwte van de boerderijen. Bij verschillende boerderijen langs deze weg mag je nog het achterland in (soms na het vragen van toestemming - raadpleeg de Visplanner). We lopen 5 minuten de groene weidsheid in en treffen een fraaie oude wetering met karakteristieke betonnen bruggetjes. Hoewel het naar snoek ruikt op deze plek, blijven onze inworpen onbeantwoord. Maar het schouwspel van de ondergaande zon over de weilanden in combinatie met het aangename lawaai van honderden smienten, ganzen en zwanen, geeft deze dag een gouden randje. Stolwijk, je stelt nooit teleur!