Tijd voor de zeebaars!
(Gepubliceerd in Haak2) Regelmatig krijgt Leo Stoutjesdijk last van zeebaarskriebels en dat is natuurlijk niet voor niets. De zeebaars is een fantastische sportvis die in de periode half april tot half november aanwezig is in de Nederlandse kustwateren en goed te vangen is vanaf het strand, diverse locaties in het Europoortgebied of vanuit een bootje. Hoog tijd dus om nu de zeebaarsmaterialen weer gereed te maken voor het nieuwe zeebaarsseizoen. Hieronder zijn tips.
Bij het vissen op zeebaars is het niet elke sessie raak. Soms zijn ze ‘los’ en grijpen ze alles wat beweegt, een andere keer moet je alles uit de kast halen om er eentje te vangen. Het blijft zoeken maar als je dan ook die flitsende aanbeet krijgt, dan weet je meteen waarom zeebaars een van mijn favorieten is.
De manier hoe ik op zeebaars vis is vrij basic. Het liefst ga ik er met een paar vismaten op uit in een bootje. De zeebaars zit vaak net achter de branding of de zandbank in een mui, in de hoop daar kleinere vis te kunnen scoren. Deze ‘mui-geulen’ zijn dan ook een goede plek om op zeebaars te gaan vissen. Omdat ze relatief dicht bij de kust azen kun je er ook goed vanaf het strand op vissen.
Als ik vanaf een bootje ga vissen neem ik een hengel van rond de 250 centimeter met een snelle topactie mee. Deze stok moet kunstaas tussen de 30 en 40 gram gemakkelijk weg kunnen zetten. Ik hang er een molen uit de 4500-serie aan en dan ben ik al een heel eind op weg. Als hoofdlijn gebruik ik een 14/00 gevlochten lijn. De fluorocarbon voorslag mag je zeker niet vergeten. Minimaal twee keer de hengellengte en met een dikte van 50/00 is deze gereed voor het opvangen van de eerste zeebaarsrun.
Als aas heb ik een hele verzameling aan shads, pluggen en poppers bij me. De poppers en pluggen zijn tussen de 8 en 10 centimeter en gebruik ik op stekken waar het water erg helder is. Al variërend in snelheid draai ik die dan binnen. De shads zet ik in als het water donker of troebel is. Slanke shads met jigkoppen van 14 tot 22 gram klaren meestal de klus.
Het vissen met shads is een kwestie van iets tegen de stroming ingooien en de lijn af laten zinken naar de bodem. Hou wel contact met je shad tijdens het afzinken. Het zou de eerste keer niet zijn dat je dan al een snoeiharde aanbeet krijgt. Als je shad op de bodem ligt, is het een kwestie van rustig binnenvissen. Draai de shad elke keer met een slinger van de molen binnen. Vissend op die manier komt de shad net iets los van de bodem, blijft even zweven en zakt dan langzaam terug naar de bodem. Als er een zeebaars in de buurt is, kan het haast niet anders of deze grijpt vroeg of laat je shad. Is het water erg helder dan ga ik aan de slag met de poppers en pluggen van rond de 10 centimeter. Ik draai ze meestal vrij snel binnen om de aandacht van de zeebaars te trekken.
Nog wat laatste tips en dan ben je er klaar voor. Zorg er voor dat al je materiaal zoutwaterproof is. Let goed op waar meeuwen en aalscholvers jagen; op die plaatsen zit vaak veel kleine vis en geheid dat er dan ook zeebaars rondzwemt. Ook is het goed om te weten dat zeebaars vaak erg actief is in de vroege ochtend en tegen de avond. Je kunt natuurlijk eerst eens gaan kijken naar wat zeebaarsvissers op de pieren of het strand, maar het beste is toch om het gewoon te gaan proberen. Als je eenmaal de aanbeet van zo’n zeebaars hebt gevoeld ben je óm en sta je straks ook reikhalzend uit te kijken naar weer een nieuw zeebaarsseizoen!